Het innovatiewoordenboek
De innovatie-adoptiecurve
Waar de een al in 2007 een telefoon had waar het logo van een appel op prijkte, ging de ander pas jaren later overstag toen iedereen in de omgeving al kon appen, navigeren en fotograferen met diezelfde telefoon. De manier waarop mensen zo’n innovatie als de smartphone adopteren, volgt een vast patroon. Dat noemen we de innovatie-adoptiecurve. Gido vertelt er meer over.
En dan nu in het Nederlands…
De innovatie-adoptiecurve is bedacht in 1962. Socioloog Everett Rogers zag een patroon in hoe innovaties werden omarmd door de maatschappij. Overal zijn mensen die vroeg meegaan met iets nieuws, maar ook groepen die het liefst alles bij het oude houden. Dit verloopt vrijwel altijd volgens een vast patroon: de innovatie-adoptiecurve.
Wat houdt de innovatie-adoptiecurve in?
De innovatie-adoptiecurve verdeelt mensen in groepen op basis van de snelheid waarmee ze innovaties overnemen. Als je zelf bezig bent met innovatie, is het handig om je bewust te zijn van deze curve. De manier waarop vroege instappers zich laten overtuigen, is namelijk heel anders dan die waarop je afwachtende mensen overhaalt om mee te doen.
Dit heeft bijvoorbeeld invloed op de manier waarop je communiceert. En daarmee op het succes van je innovatie. Blijft het bij een kleine groep, of weet je de massa te bereiken? De innovatie-adoptiecurve onderscheidt de volgende 5 groepen:
Innovators: 2,5%
De eerste groep zijn de innovators. Dit zijn mensen die geloven in vernieuwing en bereid zijn een risico te nemen. Ze investeren in technologieën of diensten waar ze in geloven, zelfs als die zich nog niet hebben bewezen.
Kenmerken: vaak bevinden zich in deze groep hoger opgeleide ondernemers die meer middelen tot hun beschikking hebben. Meestal hebben ze ook toegang tot een innovatief netwerk of wetenschappelijke inzichten, waardoor ze meer kansen zien en die ook eerder (kunnen) spotten.
Early adopters: 13,5%
De early adopters vormen de eerste groep die een innovatie ook echt gebruikt. Ze zijn benieuwd naar nieuwe technologieën en hebben vertrouwen in de mogelijkheden. Vaak hebben ze ook een intrinsieke motivatie om de techniek te adopteren. Bijvoorbeeld omdat ze van gadgets houden, of omdat ze geloven dat het de wereld kan verbeteren.
Kenmerken: de mensen in deze groep staan van nature open voor nieuwe ideeën en hebben vaak ook meer middelen tot hun beschikking, waardoor ze makkelijker een risico kunnen nemen. Nieuwer in deze groep zijn de influencers: mensen met een groot platform die hun achterban vertellen over de laatste innovaties.
Early majority: 34%
De eerste grote groep in de innovatiecurve is de vroege meerderheid. Deze groep bestaat uit mensen die bereid zijn om te veranderen, maar wel graag bewijs en onderbouwing zien voordat ze aan een innovatie meedoen. Ze kijken minder naar het grote plaatje, en meer naar het persoonlijke voordeel dat een nieuwe technologie hen oplevert.
Kenmerken: de early majority is een relatief grote groep, en heeft daardoor ook een relatief diverse samenstelling. Over het algemeen hebben de mensen in deze groep een gemiddelde tot hoge sociale status, waardoor ze de middelen hebben om mee te doen met innovaties. Ze zijn bereid te veranderen, maar nemen liever geen grote risico’s.
Late majority: 34%
De tweede grote groep in de innovatie-adoptiecurve is de late meerderheid. Mensen in deze groep zijn van nature vaak afwachtender. Ze hebben een goede reden nodig om te willen veranderen. Pas als die er is, gaan ze overstag. Vaak gebeurt dat laatste ook door invloed vanuit de omgeving of groepsdruk.
Kenmerken: ook de late majority is een relatief grote, en daarmee diverse, groep. Gemiddeld gezien heeft deze groep minder financiële middelen tot hun beschikking. Daardoor moet de adoptie van een innovatie soms ook noodgedwongen wachten, bijvoorbeeld tot deze voordeliger is of er ook tweedehands opties beschikbaar komen.
Laggards: 16%
De laatste groep bestaat uit laggards of achterblijvers. Deze groep is sceptisch over innovatie en vindt verandering vervelend. Ze houden van traditie en vinden de oude werkwijze goed genoeg, waardoor er voor hen geen noodzaak is om mee te doen. Ze gebruiken de innovatie helemaal niet, of alleen als het echt niet anders meer kan.
Kenmerken: de groep met achterblijvers bestaat voor een deel uit oudere mensen. Deze senioren ervaren minder groepsdruk, omdat ze bijvoorbeeld niet meer vanuit hun werk worden gedwongen om innovaties over te nemen. Maar: laggards bevinden zich ook in andere bevolkingsgroepen, en hebben vaak uiteenlopende redenen om niet mee te willen of kunnen doen.
Verloop van de curve
Hoewel de verdeling van de curve bij vrijwel elke innovatie hetzelfde verloopt, zijn er per technologie toch verschillen mogelijk. Bijvoorbeeld in de snelheid waarmee je innovatie de curve doorloopt. Zo heeft ChatGPT een groot deel van de curve in een krappe twee jaar doorlopen, terwijl de elektrische auto na zo’n 15 jaar nu de vroege meerderheid weet te bereiken.
Ook als persoon hoef je niet altijd in dezelfde groep te vallen. Is er een innovatie waar je zelf veel interesse in hebt of waar je baat bij kunt hebben in je werk of dagelijks leven, dan hoor je voor die innovatie wellicht bij de early adopters. Een technologie waar je weinig voor voelt, adopteer je daarentegen pas als het echt niet anders kan.
Communicatie bepalend voor succes
Ben je zelf bezig met een innovatie? Dan is het handig om te weten in welke fase je je bevindt. Voor innovators en early adopters is de belofte van wat je innovatie teweeg kan brengen vaak genoeg om hen te overtuigen. Heb je hen eenmaal bereikt, dan is het tijd om je communicatie aan te passen. Leg de focus op bewijs, persoonlijk voordeel en onderbouwing van je techniek.
Hoe weet je dit? Vaak merk je het aan de gesprekken die je voert. Als je innoveert, heb je vaak zelf een sterke visie over waar je heen wilt. Hiermee spreek je innovators en early adopters aan. Hun steun is dus relatief makkelijk te winnen. De early majority heeft hier minder een boodschap aan. Probeer daarom in gesprekken of via de publieke opinie te peilen waar je staat. En pas daar je strategie op aan.
Valley of death
Het moment waarop de meeste innovaties stranden, is in de fase tussen de early adopters en early majority. Deze fase staat daarom ook wel bekend als de Valley of Death. Om de early majority te bereiken, heb je vaak meer én andere middelen nodig dan voorheen. Geloof je in je innovatie? Zet deze middelen dan ook in.
Ben je de drempel naar de early majority eenmaal over? Dan volgt de late majority vaak vanzelf. In je communicatie kun je inspelen op behaalde resultaten, zodat ook deze meer risicomijdende groep zich aangesproken voelt.
En de laggards? Voor commerciële bedrijven wegen de inspanningen die nodig zijn om hen te bereiken vaak niet op tegen de opbrengsten. Voor overheden zit het anders, omdat zij de taak hebben iedereen te bedienen. Vaak is de beste aanpak om de ‘oude’ methode in stand te houden, zodat ook deze groep toegang houdt tot diensten.
Wil je weten hoe je je strategie aanpast op de fase waar je innovatie zich in bevindt?
Neem contact op met Gido van Rooijen via gido@hellonewday.nl of 06 – 274 56 906.

